Hoe praat je met je adoptiekind over huidskleur, etniciteit en racisme? Hier is de R.A.C.E. worksheet!
De Amerikaanse professor Kimara Gustafson (kinderarts en zelf geadopteerd uit Zuid-Korea) heeft in 2022 een educatieve tool ontwikkeld: "The R.A.C.E. Worksheet". R.A.C.E. staat voor Routine Anti-racist Conversations for Early Childhood. Deze tool helpt ouders om (1) inzicht te krijgen in hoe kinderen hun begrip van huidskleur en etniciteit ontwikkelen en (2) hoe je met hen over dit onderwerp kan praten, afgestemd op het ontwikkelingsniveau van je kind.
.jpeg)
Adoptiekinderen, vooral bij interlandelijke adoptie, en kinderen van transetnisch geadopteerden groeien vaak op in multi-etnisch samengestelde gezinnen. Dit wil zeggen dat hun uiterlijke kenmerken verschillen van die van hun adoptieouder(s) (die meestal wit zijn), of van één van hun ouders (bv. wanneer een ouder wit is en de andere geadopteerd is uit een Afrikaans land).
Al vanaf kleuterleeftijd krijgen deze kinderen te maken met ‘othering’. Dit verwijst naar situaties waarin ze als ‘anders’ worden gezien, bijvoorbeeld door vragen als: ‘Waar kom jij vandaan?’, ‘Is dat je echte mama/papa?’, ‘Waarom lijk jij niet op hen?’ en ‘Spreek jij nog een andere taal?’ Ze worden beoordeeld op basis van hun huidskleur of etniciteit, waarbij degene die de vraag stelt zichzelf als de norm beschouwt.
Hoewel het ervaren van ‘othering’ en racisme in onze samenleving misschien onvermijdelijk is voor kinderen in multi-etnische gezinnen, kan een positieve etnische identiteit de negatieve impact van deze ervaringen verzachten. Een positieve etnische identiteit fungeert met andere woorden als een beschermende factor.
De rol van ouders
Ouders kunnen kinderen al vanaf jonge leeftijd ondersteunen bij de ontwikkeling van een positieve etnische identiteit door open te praten over (vooroordelen op basis van) huidskleur en etniciteit. Niet over dit onderwerp praten, kan daarentegen de indruk wekken dat het iets is waarover niet gesproken mag worden, alsof het iets negatiefs, ongepasts of onbelangrijks is.
Volgens dr. Gustafson moeten ouders in multi-etnische gezinnen rekening houden met:
-
Erken dat we in een samenleving leven waar vooroordelen en stigma rond huidskleur en etniciteit bestaan.
-
Het is normaal dat kinderen al vroeg verschillen opmerken en hierover vragen stellen.
-
Geloof de ervaringen van je kind. Maak de ervaring niet erger door ze te bagatelliseren of weg te redeneren, bijvoorbeeld door te zeggen: 'zo erg is dat niet' of 'ze zullen dat zo niet bedoeld hebben'.
-
Voorzie ‘ramen en spiegels’ voor je kinderen. Zoals professor Rudine Sims Bishop het verwoordde: ‘Kinderen hebben behoefte aan zowel spiegels als ramen. Veel gekleurde kinderen zien de wereld alleen via ramen en zij hebben spiegels nodig. Andere kinderen zien alleen spiegels en zij moeten de wereld ook door ramen leren zien.’
-
Gesprekken over huidskleur, etniciteit en racisme moeten door de jaren heen regelmatig plaatsvinden. Eén gesprek is niet voldoende.
-
Leer je kind over de geschiedenis van macht, privilege en onderdrukking. Des te meer omdat deze dynamieken ook spelen bij interlandelijke adoptie.
-
Je hoeft geen expert te zijn om deze gesprekken te voeren. Zie het als een kans om samen met je kind te leren.
'The R.A.C.E. Worksheet'
Ontwikkelingsfase
De R.A.C.E. Worksheet laat zien hoe kinderen hun begrip van huidskleur en etniciteit ontwikkelen. Het neemt hierbij de verzamelde info door The Children’s Community School (2018) over:

Vertaald naar het Nederlands:
-
3 maanden: Bij de geboorte kijken baby's evenveel naar alle gezichten, ongeacht huidskleur. Vanaf 3 maanden kijken ze meer naar gezichten met dezelfde huidskleur als hun verzorgers. (Kelly et al., 2005)
-
2 jaar: Al vanaf de leeftijd van 2 jaar gebruiken kinderen huidskleur om het gedrag van mensen te begrijpen. (Hirschfield, 2008)
-
30 maanden: Tegen de leeftijd van 30 maanden kiezen de meeste kinderen hun speelkameraadjes op basis van huidskleur. (Katz & Kofkin, 1997)
-
4 jaar: Uitingen van vooroordelen op basis van huidskleur bereiken vaak een piek op de leeftijd van 4 à 5 jaar. (Aboud, 1997)
-
5 jaar: Op de leeftijd van 5 jaar tonen zwarte en Latijns-Amerikaanse kinderen geen voorkeur voor hun eigen groep, terwijl witte kinderen een sterke voorkeur hebben voor andere witte kinderen. (Dunham et al., 2008)
-
6 jaar: Tegen deze leeftijd hebben kinderen vaak al dezelfde vooroordelen op basis van huidskleur als volwassenen in de maatschappij, waarbij ze sommige groepen als hoger in status beschouwen dan andere. (Kinzler, 2016)
-
7+ jaar: Gesprekken met 5 à 7-jarigen over vriendschappen met kinderen van verschillende huidskleuren kunnen hun houding in de keuze van vrienden in een week veranderen. (Bronson & Merryman, 2009)
Hoe kunnen ouders hier vervolgens mee aan de slag?
-
3 maanden: Begin bij jezelf. Maak een ‘diversiteitsinventaris’ van je omgeving. Wie zijn je vrienden, hoe ziet je netwerk eruit, en welke rolmodellen heeft je kind? Kijk waar je eventueel nog extra in kan investeren. Denk aan boeken, films, muziek, culturele evenementen, uitbreiding van je netwerk …
-
2 jaar: Stel je kind bloot aan verschillende culturen via media, vrienden en culturele evenementen. Leer hen de juiste termen gebruiken bij culturele verschillen vanuit de gedachte ‘jong geleerd is oud gedaan’.
-
30 maanden: Op deze leeftijd leren kinderen rechtvaardigheid kennen (wat goed en slecht is), herkennen ze patronen en merken ze fysieke verschillen op. Als je kind uitspraken doet die discriminerend lijken, nodig je kind uit om te vertellen waarom ze dit zeggen en bespreek het samen.
-
4 jaar: Kinderen categoriseren hun omgeving op basis van verschillen en gelijkenissen. Maak gelijkenissen en verschillen bespreekbaar zonder waardeoordeel (bv. verschillen in termen van huidskleur, ogen, haarkleur, kleding, taal, beperking).
-
5 jaar: Houd het onderwerp bespreekbaar. Laat je eigen ongemak over huidskleur en racisme je kind niet beïnvloeden, alsof het iets negatiefs is. Kinderen leren niet veel als je ze alleen vertelt wat ze niet mogen zeggen.
-
6 jaar: Geef het goede voorbeeld. Laat zien hoe je zelf werkt aan het herkennen en overwinnen van eigen vooroordelen.
-
7+ jaar: Praat met je kind over onverdraagzaamheid, onderdrukking en structureel racisme.
De R.A.C.E. Worksheet bestaat uit 2 bladzijden en kan je hier (Engelstalig) gratis downloaden.
Hoewel deze tekst zich richt naar multi-etnische gezinnen, is de R.A.C.E. worksheet voor alle gezinnen nuttig in de strijd tegen racisme en het antiracistisch opvoeden.
Tekst: Kristien Wouters
Publicatiedatum: oktober 2024