Contacteer ons of spring binnen op Raas van Gaverestraat 67b in Gent.

Ontdek onze groepsbegeleidingen, en evenementen.

Het laatste nieuws en interessantste weetjes over de wereld van adoptie.

Ontdek een hulpverlener bij jou in de buurt via deze handige adoptiekaart.

Wil je meer weten?

Hier vind je meer informatie over uiteenlopende thema's zoals belang van het kind, specifieke ondersteuningsbehoeften, nazorg, opvoeding, identiteit en herkomst.

Afstand:

  • Studie over afstandsmoeders in Nederland van 1956 tot 1980 (2017)
  • Samenvatting onderzoek: Geboortemoeders worden grootmoeders: intergenerationele relaties in open adopties (2018)

Bekijk alles

Samenvatting onderzoek: Geboortemoeders worden grootmoeders: intergenerationele relaties in open adopties (2018)

Wat gebeurt er wanneer geadopteerde kinderen ouders worden en geboortemoeders geboortegrootmoeders? Ondanks een groeiende trend naar openheid in adopties is er nog weinig geweten over deze nieuwe en unieke relaties. Met deze Amerikaanse studie (2018) vullen Adeline Battalen en collega’s dit gemis. Op basis van diepte-interviews met 11 geboortemoeders die meer dan 25 jaar geleden hun kinderen ter adoptie afstonden, constateren ze dat geboortegrootmoeders hun rol erg waarderen. Ook benadrukken ze de belangrijke plek van de geadopteerde (de ouder) bij het faciliteren van de communicatie met hun kleinkind en de manier waarop technologie daarbij wordt ingezet.

In de afgelopen 50 jaar veranderde het gezicht van adoptie drastisch: in meer dan 95% van de binnenlandse adopties in de Verenigde Staten is er nu een zekere mate van openheid. Familiestructuren worden bijgevolg steeds complexer. Toch is er weinig geweten over hoe relaties binnen deze zogenaamde “adoptiefamilienetwerken” (adoption kinship networks) evolueren.

Deze studie onderzoekt de impact van openheid in adoptiefamilierelaties over generaties heen. Het doel van dit verkennende onderzoek is om inzicht te krijgen in de ervaringen van geboortemoeders meer dan 25 jaar nadat ze een kind ter adoptie afstonden. In het bijzonder kijken we naar hun rol als geboortegrootmoeder.

De studie bouwt hiervoor op de gegevens van het Minnesota/Texas Adoption Research Project (MTARP), waarin sinds midden jaren 1980 gegevens verzameld worden over openheid in adopties. Concreet wordt er gewerkt met de gegevens van de meest recente golf van gegevensverzameling (2012 tot 2016).

1. Evolutie van openheid in adoptie

Types van openheid

Huidige adoptiepraktijken bestrijken een continuüm van openheid. Dit betekent dat de hoeveelheid informatie die wordt gedeeld tussen adoptie- en geboortefamilie over elkaar en/of het kind varieert.

Een adoptie wordt in deze studie als gesloten (confidential) beschouwd wanneer er geen contact plaatsvindt en er geen informatie wordt gedeeld na zes maanden na plaatsing.

Een bemiddelde adoptie houdt informatie-uitwisseling en niet-geïdentificeerd contact in dat wordt bemiddeld door de adoptieorganisatie. Dit kan in de loop van de tijd doorgaan of worden stopgezet.

Een open adoptie betekent dat er direct contact plaatsvindt en er identificerende informatie wordt gedeeld.

De initiële afspraken kunnen verschuiven wanneer families meer of minder contact willen. Mijlpalen, zoals diploma-uitreikingen, bruiloften en de geboorte van een kind kunnen adoptiefamilies, de geadopteerde of de geboortefamilies ertoe aanzetten om contact op te nemen of te verstevigen.

Onderzoekers hebben in de loop van de tijd vastgesteld dat openheid in adoptie een positief effect heeft op alle betrokken leden van het adoptiefamilienetwerk mits er aan bepaalde voorwaarden voldaan is (zie infra). Specifiek voor geboortemoeders toont onderzoek aan dat geboortemoeders met contact tevredener zijn over de adoptieafspraken en minder symptomen van onverwerkt verdriet vertonen (Grotevant et al., 2013).

Geboortemoeders worden geboortegrootmoeders

In veel van de families die deelnemen aan de MTARP-studie hebben de geboortemoeders in de loop van de tijd wisselende mate van contact gehad met hun geplaatste kind en de adoptiefamilie. Vandaag de dag zijn veel van deze geboortemoeders inmiddels geboortegrootmoeder geworden. Hun afgestane kind is nu volwassen, getrouwd en zelf moeder of vader. Zo ontstaat er een unieke geboortegrootmoederrelatie.

Relaties tussen grootmoeder en kleinkind

Het meeste onderzoek naar grootouder-kleinkindrelaties focust op families waarin niet geadopteerd werd. Uit deze studies blijkt dat een positieve relatie tussen kleinkinderen en grootouders wederzijds voordelig kan zijn. Dit omvat onder andere een verminderde kans op depressie, zowel voor het kleinkind als voor de grootouder.

Voor grootmoeders draagt de relatie bij aan gevoelens van biologische hernieuwing, emotionele vervulling en het gevoel van voldoening via de prestaties van het kleinkind.

Voor kleinkinderen spelen grootouders op hun beurt vaak een invloedrijke en positieve rol. Een goede relatie met een grootmoeder kan bijvoorbeeld een beschermende factor zijn na een echtscheiding van de ouders en bijdragen aan het psychologisch aanpassingsvermogen van de kinderen.

Bij geboortegrootouders die hun kinderen ter adoptie afstonden is er echter een extra laag van complexiteit, en de kans bestaat dat er conflicterende rollen ontstaan tussen hen en de adoptiegrootouders van het kind.

De rol van ouders binnen de grootouder-kleinkindrelatie

Ouders spelen een belangrijke rol binnen grootouder-kleinkindrelaties in het algemeen. Ze kunnen interacties tussen grootouders en kleinkinderen belemmeren of aanmoedigen (Thompson & Walker, 1987). Ze treden met andere woorden op als poortwachters.

In adoptiefamilies is de poortwachtersrol van de geadopteerde ouders vaak bijzonder uitgesproken, afhankelijk van het niveau van openheid met de geboortefamilie. Het beheren van contact binnen adoptiefamilienetwerken is vaak complex. Initieel staat de zorg voor het welzijn van het geadopteerde kind centraal in de onderhandeling van relaties tussen adoptieouders en geboorteouders. Naarmate het kind opgroeit, verschuift de beslissing om contact te houden met de geboortefamilie meer en meer van adoptieouders naar adoptiekind. De geboorte van een kleinkind triggert vaak de wens van geboorteouders om contact te zoeken met hun geadopteerde kind (Farr et al., 2014).

Technologie, geografie en contact

Onderzoek in gezinnen met niet-geadopteerde kinderen benadrukt de uitdagingen van het onderhouden van langeafstandrelaties tussen grootouders en kleinkinderen en hoe technologie kan bijdragen aan de vorming en voortzetting van deze relaties (Dunifon, 2013).

Zo’n onderzoek is relatief nieuw in de context van adoptie- en geboortefamilies. Eerste studies geven aan dat technologie een sleutelrol kan spelen in hoe openheid zich tijdens een adoptie ontwikkelt (Howard, 2012; Siegel & Smith, 2012). Technologie (en specifiek sociale media) helpt adoptiefamilies om frequentere communicatie te faciliteren. Traditionele communicatiemethoden, zoals telefoongesprekken en brieven, worden nu gecombineerd met sms-berichten, videogesprekken en Facebook.

2. Conceptueel kader

Sociale Roltheorie

Deze studie vertrekt vanuit de sociale roltheorie, die in de jaren 1920 en 1930 werd ontwikkeld in de sociale psychologie en sociologie om gedrag te verklaren die aan een rol worden toegeschreven.

De vroegste voorstanders -Simmel, Mead, Linton en Moreno- stelden dat cultureel gedefinieerde normen, verwachtingen en plichten die aan een specifieke sociale positie zijn toegewezen (een rol), mensen ertoe aanzetten om op een bepaalde manier te handelen.

Binnen elke levensfase vervullen individuen tegelijkertijd verschillende rollen. Een vrouw kan bijvoorbeeld gelijktijdig de rol van zowel moeder als grootmoeder vervullen. Gedurende het leven maken individuen transities tussen verschillende rollen; ze behouden sommige, laten andere achter en beginnen nieuwe rollen. Rollen kunnen bovendien evolueren.

In adoptiefamilies evolueert of vermindert het contact vaak na verloop van tijd, wat zorgt voor een verscheidenheid aan tegelijkertijd verschuivende rollen.

Sociale roltheorie suggereert dat individuen de rollen aannemen waarvan zij denken dat deze van hen worden verwacht door de samenleving en in specifieke sociale contexten. Binnen een familie verbinden sociale rollen mensen met elkaar en helpen ze om de relatie tussen hen te bemiddelen.

Voor geboortegrootmoeders zijn er echter geen vaste normen. Standaardverwachtingen zoals die bestaan voor de grootmoederrol in de algemene populatie ontbreken. Hoe ze hun rol als grootmoeder invullen, is gebaseerd op persoonlijke overtuigingen en familieleden bepalen gezamenlijk hoe deze wordt ingevuld.

Onderzoeksvragen

Deze studie onderzoekt interacties en gedragingen van geboortemoeders wanneer zij de nieuwe rol van geboortegrootmoeder op zich nemen 20 tot 30 jaar na de adoptieplaatsing.

De specifieke onderzoeksvragen zijn:

  • Wat betekent het om een “geboortegrootmoeder” te zijn?
  • Welke soorten contact en communicatie vinden er plaats tussen de geboortegrootmoeder en de kleinkinderen?
  • Welke rol speelt technologie in het type communicatie tussen de grootmoeder en het kleinkind?
  • Hoe tevreden zijn de geboortemoeders, in hun rol als grootmoeders, over de relatie die ze hebben met hun kleinkinderen?
  • Hoe draagt een kleinkind bij aan de bestaande relatie met de geboortemoeder?
Methodologie

Dit artikel maakt gebruik van een subsample van 11 geboortegrootmoeders uit Wave 4 van de MTARP, die al meer dan 30 jaar loopt. Deelnemers werden gerekruteerd via 35 adoptieagentschappen verspreid over de Verenigde Staten, met adopties die vrijwillig, binnen dezelfde etniciteit (race) en voor boorlingen waren. De adopties varieerden in het type contactafspraken na de adoptie, met verschillende niveaus van openheid tussen geboorte- en adoptiegezinnen, waaronder vertrouwelijke, bemiddelde en volledig open adopties.

De geboortemoeders die aangaven een relatie te hebben met hun kleinkinderen (0–5 jaar oud) werden geselecteerd voor intensieve casestudieanalyses. Deze geboortemoeders hebben allemaal een kind voor adoptie afgestaan in de late jaren 1970 of vroege jaren 1980 en zijn tussen de 44 en 54 jaar oud. 90% heeft een bachelordiploma. 27% heeft een masterdiploma, en allen zijn wit. De geadopteerden in de studie zijn tussen de 27 en 34 jaar oud. 90% is getrouwd. 100% heeft minstens één kind. 27% heeft twee kinderen.

Leden van het onderzoeksteam hebben van 2012 tot 2016 semigestructureerde telefonische diepte- interviews afgenomen.

3. Resultaten

Positieve rol van de geboortegrootmoeder

De aard van het contact tussen de geboortemoeder en de kinderen van de volwassen geadopteerde  varieerde. Alle grootmoeders hadden in de afgelopen twee jaar contact gehad met de kinderen van hun kind. Ze maakten hiervoor gebruik van verschillende vormen van communicatie en combineerden vaak meerdere contactvormen, waaronder persoonlijke ontmoetingen, cadeautjes, telefonische gesprekken, brieven, feestdagen en vakanties samen vieren, foto’s sturen, e-mails sturen, sms-berichten, Facebook, skype. Ook de frequentie van het contact varieerde.

Uit de analyse kwam een gemeenschappelijk thema naar voren: geboortemoeders genoten van hun rol als geboortegrootmoeder. Deze positieve reactie op het grootmoederschap suggereert dat deze groep overeenkomsten vertoont met eerder onderzoek in de algemene bevolking, waaruit blijkt dat de relatie tussen grootouder en kleinkind wederzijds voordelig kan zijn. Deze relatie biedt ondersteuning, zoals extra emotionele, financiële en logistieke hulpmiddelen voor het kleinkind, en geeft de geboortegrootmoeder een positief gevoel van betekenis.

Technologie, geografie en contact

Zes van de 11 geboortemoeders zagen geografie als een belemmering voor de relatie met hun kleinkind(eren). Moeilijkheden met geografie kwamen vaak naar boven wanneer het kleinkind in dezelfde stad of staat woonde als de adoptiegrootouders. Het volgende citaat illustreert dit:

“[Volwassen geadopteerde] heeft een huis gebouwd aan de andere kant van hun [adoptieouders’] boerderij … dus [kleinzoon] bracht veel tijd door bij oma en opa … hij is heel hecht met die grootouders. Super hecht.”

Zoals verwacht speelde technologie een belangrijke rol bij het contact, vooral voor families die in verschillende staten wonen. Het is een nieuwe manier voor geboortemoeders om in contact te blijven met hun kind en kleinkind.

Verschillende soorten technologie werden gebruikt, waaronder sms-berichten, videogesprekken (bijv. Skype, FaceTime) en diverse vormen van sociale media (bijv. Facebook). In sommige gevallen vullen nieuwere communicatiemethoden de traditionele contactvormen aan.

Naarmate kleinkinderen ouder werden, groeide hun vermogen om technologie zelfstandig te gebruiken. Hierdoor konden zij de communicatie zelf initiëren, zonder tussenkomst van de ouders.

De bijdrage van volwassen geadopteerden

De volwassen geadopteerden bleken de belangrijkste drijvende kracht achter het contact tussen hun geboortemoeders en hun kind(eren). Ze werden gezien in de rol van poortwachter, namelijk onderhandelaar van het contact tussen kleinkind en grootmoeder.

De poortwachterrol krijgt in deze steekproef mogelijks meer nadruk vanwege de jonge leeftijd van de kleinkinderen (nul tot vijf jaar): de geboortemoeders waren afhankelijk van hun geboortekinderen om interacties met de kleinkinderen in stand te houden.

De vaak complexe relatie tussen een geboortemoeder en haar geplaatste kind voegt een extra laag toe aan de relatie tussen de geboortegrootmoeder en haar kleinkind. Binnen één familie hadden de geboorteouder en haar zoon (een volwassen geadopteerde) bijvoorbeeld recent conflicten gehad, wat bijdroeg aan de terughoudendheid van de geboorteouder over haar rol als grootmoeder:

“Ik blijf kaarten/cadeautjes sturen naar mijn kleinzoon en misschien ga ik weer bellen. Ik ben voorzichtig met het ‘pushen’ voor een persoonlijke ontmoeting, maar ik zou mijn kleinzoon graag in de nabije toekomst willen ontmoeten. Dit hangt allemaal af van hoe mijn zoon op mij zal reageren.”

In een andere familie hielp de geboorte van het kleinkind net om de relatie tussen de geboorteouder en haar dochter te verbeteren.

Relatie van geboortemoeder met adoptieouders

Voor een geboortegrootmoeder houdt het ontwikkelen van een band met haar kleinkind vaak in dat ze ook de relatie met de adoptieouders, vooral de adoptiemoeder, opnieuw moet vormgeven. Dit proces werd door sommigen als uitdagend ervaren. Eén geboortemoeder omschreef de gedeelde rol van grootmoeder als “onbekend terrein”.

“Nu de kleinkinderen er zijn, lijkt het echt gespannen tussen mij en [adoptiegrootmoeder]... Wanneer zij daar is, probeert ze echt iedereen te laten weten dat zij de grootmoeder is. En ik kan zien dat ze dat doet en ik probeer gewoon op de achtergrond te blijven.”

In sommige gezinnen hielp de gedeelde rol van grootmoeder de geboortemoeder en de adoptiemoeder om beter met elkaar om te gaan:

“Ik denk dat [adoptiegrootmoeder] en ik heel erg op elkaar lijken; we zijn allebei een beetje moederlijk en een beetje intellectuele grootmoeders. We zijn warm, maar we praten meer tegen ze dan dat we ze omarmen.”

Anderen ervoeren gemengde emoties. Ze voelden zich positief over het betrokken zijn, maar ook verdrietig over het feit dat ze hun kind niet zelf hadden grootgebracht:

“Toen ze trouwden... was het een beetje vreemd... Haar adoptieouders waren daar en ik voel duidelijk dat zij het recht hebben om de gebruikelijke ouderlijke dingen te doen die een ouder doet. En ik stond meer op de achtergrond, weet je wel, maar was er. Er in aanwezigheid, maar niet op de manier waarop het had kunnen zijn als ik haar had grootgebracht... Maar sindsdien heeft ze me betrokken bij andere mijlpalen. Toen ze haar dochter kreeg... wilde ze dat ik er meteen bij was... wat voor mij heel kostbaar was... Ik denk dat dingen veranderd zijn, sommige daarvan zijn verdrietig en andere dingen maken me dan weer gelukkig, denk ik.”

Een geboortemoeder verwoordde de complexiteit van relaties binnen het adoptiefamilienetwerk, en merkte op dat er voortdurende onderhandeling nodig is naarmate de rollen in de loop van de tijd verschuiven:

“Het is de tweede dimensie van dit geboortefamiliegebeuren... nu ben ik een geboortegrootmoeder. En de adoptieouders, die delen niet alleen hun kinderen met mij, maar ze delen ook hun kleinkinderen met mij... En dus, wanneer mensen hun kinderen afstaan en denken dat het daar stopt... het kan generaties bestrijken.”

4. Discussie

Deze verkennende studie brengt een dieper inzicht in de rol van geboortemoeders, nu geboortegrootmoeders, na de plaatsing van hun kind. De onderzoekers hopen met deze studie het gesprek hierover verder op gang te brengen.

De bevindingen van de studie weerspiegelen eerder onderzoek over de voordelen van de grootouder-kleinkindrelatie, en de positieve ervaringen bij het onderhouden van contact met geboortekleinkinderen. Geboortegrootmoeders die in contact zijn met hun geplaatste kind en kleinkinderen rapporteren dat dit vreugde aan hun leven toevoegt, zelfs wanneer geografische afstand een belemmering vormt.

Ook kunnen rolspillovers plaatsvinden, waarbij positieve emoties die met de ene rol gepaard gaan, de kans vergroten op positieve emoties in een andere rol (Merton, 1949). Zo kan het ouderschap een mijlpaalmoment vormen waarna ook de relatie tussen geboortemoeder en haar volwassen kind versterkt wordt.

De toename in het gebruik van technologie helpt gezinnen in contact te blijven, vooral bij geografische beperkingen. Soms treden ouders op als poortwachters, waarbij het kind eerst toestemming moest vragen om met de grootmoeder te spreken. Door zelf technologie te kunnen gebruiken, kunnen kinderen deze tussenstap vermijden en direct contact opnemen.

Deze studie bevestigt ten slotte dat openheid met geboortemoeders voordelig is voor geadopteerden, net als voor hun kinderen en andere leden van het netwerk. Deze studie ondersteunt dus de eerdere bevindingen van MTARP dat, wanneer het als veilig wordt beschouwd en in het beste belang van het kind, adoptieouders inspanningen moeten leveren voor contact met de geboortefamilie.

5. Implicaties voor praktijk, beleid en toekomstig onderzoek

Professionals die werken met adoptiegezinnen moeten voorbereid zijn op het bieden van ondersteuning over generaties heen. Als alle betrokken partijen geïnteresseerd zijn en de veiligheid van het kind geen zorg is (bijvoorbeeld wanneer het kind ter adoptie is geplaatst vanwege mishandeling), moet contact plaatsvinden.

Geografie is vaak een barrière voor deze relaties, maar nieuwe technologische communicatiemiddelen helpen bij het verbeteren en onderhouden van relaties.

Gezien steeds meer adopties open zijn en de demografie van gezinnen evolueert, moeten beleidsmaatregelen deze complexe behoeften weerspiegelen. Specifiek zou er meer aandacht moeten worden besteed aan de langetermijnbehoeften van geboorteouders na adoptie. Zij blijven al te vaak onzichtbaar.

Tot slot zou toekomstig onderzoek (1) grotere en meer diverse steekproeven moeten omvatten, bijvoorbeeld wat betreft etniciteit en seksuele oriëntatie. Daarnaast zou het (2) de relaties en rollen van elke generatie binnen het adoptiefamilienetwerk moeten onderzoeken, inclusief die van de geboortevader, de partner en andere kleinkinderen van de geboortemoeder. Ten slotte zou het (3) het perspectief van de kleinkinderen op latere leeftijd moeten onderzoeken.

Bron: Battalen, A. W., Sellers, C. M., McRoy, R. & Grotevant, H. D. (2018). Birth Mothers Now Birth Grandmothers: Intergenerational Relationships in Open Adoptions. Adoption Quarterly, 22(1), 53-74. https://doi.org/10.1080/10926755.2018.1488327 

Tekst: Lise Dheedene