Wil je meer weten?
Wil je meer weten?
Hier vind je meer informatie over uiteenlopende thema's zoals belang van het kind, specifieke ondersteuningsbehoeften, nazorg, opvoeding, identiteit en herkomst.
Acute noodsituatie? Neem contact op met de hulpdiensten via 112 of de huisarts (van wacht: 1733). Denk je aan zelfdoding en wil je praten? Neem gratis en anoniem contact op met de Zelfmoordlijn via 1813. Op www.zelfmoord1813.be vind je ook informatie over hoe om te gaan met zelfmoordgedachten.
Onderzoek toont aan dat geadopteerden een groter risico lopen op mentale gezondheidsproblemen. Specifiek blijkt dat zij ongeveer tweemaal zoveel risico lopen op suïcidale gedachten en gedrag als niet-geadopteerden. Deze bevindingen onderstrepen het belang van een zorgzame en goed geïnformeerde omgeving: hoe kunnen ouders, familie en vrienden signalen van suïcidaliteit herkennen en steun bieden?
In 2023 waren er in Vlaanderen gemiddeld 2,4 zelfdodingen per dag en 24 pogingen tot zelfdoding per dag (Departement Zorg, 2025). Deze cijfers zijn waarschijnlijk een onderschatting, omdat bij heel wat sterfgevallen de intentie moeilijk te bepalen is en suïcidepogingen enkel worden geregistreerd wanneer ze door een ziekenhuis worden gemeld. De meest actuele suïcidecijfers zijn terug te vinden op de website van zelfmoord1813.be.
Helaas zijn er voor Vlaanderen of België geen specifieke cijfers bekend voor geadopteerden. Ook internationaal onderzoek is beperkt. Uit een meta-analyse van drie Amerikaanse en drie Zweedse studies (Campo-Arias et al., 2020) blijkt echter dat geadopteerden tweemaal zoveel risico lopen op een suïcidepoging in vergelijking met niet-geadopteerden. Ook een recente Amerikaanse studie (Murray et al., 2022) wijst op een verdubbeling van het risico op suïcidale gedachten en gedrag bij geadopteerde adolescenten.
Hoewel deze resultaten niet zomaar te vertalen zijn naar Vlaanderen, o.a. door verschillen in adoptiecontext en culturele aspecten (het Vlaams/Belgisch suïcidecijfer ligt 1,5x hoger dan het gemiddelde binnen de Europese Unie), wijzen ze duidelijk op een verhoogd risico op suïcidaliteit bij geadopteerden.
Suïcidaliteit is complex en multifactorieel: het ontstaat door een combinatie en cumulatie van verschillende factoren. Volgens het integratief verklarend model voor suïcidaal gedrag (van Heeringen, 2007) onderscheiden we:
Wat de onderliggende mechanismen voor suïcidaliteit bij geadopteerden exact zijn, is onduidelijk, maar ook hier wijzen studies op een complex samenspel van factoren (Hjern et al., 2020). Biologische factoren (von Borczyskowski et al. 2006; Petersen et al., 2014), al dan niet in combinatie met andere risico’s zoals een psychiatrische opname van de adoptiemoeder (Wilcox et al., 2012), spelen een rol. Daarnaast blijkt een belangrijke factor weggelegd te zijn voor traumatische ervaringen voorafgaand aan adoptie, maar mogelijk ook tijdens of na adoptie (Hjern et al., 2004; Murray et al., 2022).
Geadopteerden lopen ook een verhoogd risico op andere bekende risicofactoren voor suïcidaliteit, zoals psychiatrische diagnoses (Behle & Pinquart, 2016) en internaliserende of externaliserende problemen (Juffer & Van Ijzendoorn, 2005). Moeilijkheden rond identiteitsontwikkeling, discriminatie en stigma, gevoelens van machteloosheid, afwijzing, hopeloosheid en onzichtbaarheid, verlies en rouw, een laag zelfbeeld en een gebrek aan kennis bij hulpverlening over de (mogelijke) impact van adoptie worden eveneens als relevante factoren bij geadopteerden genoemd (Campo-Arias, 2020; Gair, 2008; Hjern et al., 2020).
Op zelfmoord1813.be vind je enkele handvatten om iemand met zelfmoordgedachten te ondersteunen:
Via www.zelfmoord1813.be vind je info als je bezorgd bent om iemand en over wat je kan doen na een poging. Je kan ook zelf contact opnemen met de Zelfmoordlijn 1813 voor een ondersteunend gesprek of er een gratis vorming rond suïcidepreventie volgen.
Daarnaast zijn er online tools en apps die kunnen helpen:
*Enkele vuistregels rond terminologie: De termen ‘suïcide’, ‘zelfmoord’ en ‘zelfdoding’ hebben dezelfde betekenis en zijn alle gangbaar, maar worden doorgaans in verschillende contexten gebruikt. In de wetenschappelijke literatuur spreekt men meestal over ‘suïcide’, terwijl ‘zelfmoord’ vaker voorkomt in gesprekken met personen die zelf aan suïcide denken en ‘zelfdoding’ vaak door nabestaanden als het meest respectvol wordt ervaren. Gebruik bij voorkeur de term die de betrokken persoon zelf verkiest. Daarnaast is het aangewezen om te spreken over een ‘fatale of niet-fatale afloop’ in plaats van bijvoorbeeld een ‘mislukte of niet-geslaagde poging'.
Bronnen:
Tekst: Kristien Wouters
Publicatiedatum: oktober 2025