Wil je meer weten?
Wil je meer weten?
Hier vind je meer informatie over uiteenlopende thema's zoals belang van het kind, specifieke ondersteuningsbehoeften, nazorg, opvoeding, identiteit en herkomst.
(eerder verschenen in VAG-magazine)
Tijdens de eerste levensjaren, wanneer stevig aan de gehechtheid wordt gewerkt, is ook de taal volop in ontwikkeling. Telkens wanneer een baby huilt en getroost wordt, honger heeft en te eten krijgt, leert hij de waarde van communicatie. De sussende stem van zijn ouder(s) of verzorger(s) antwoordt op elke beweging die hij maakt: als ik zus doe, dan zal mijn ouder zo reageren. Het is een heus spel van herhaalde actie en reactie, waarbij de baby gaandeweg de stem en taal van zijn ouder leert herkennen en ervaren als veilig.
In sommige situaties, zoals bij adoptie, begint het levensverhaal helaas anders. In onderbemande kindertehuizen is geen of te weinig tijd voor deze intieme een-op-eencontacten. De baby’s die er verblijven hebben minder oogcontact, aanraking en interactie die ze net op die leeftijd nodig hebben voor een gezonde hersenontwikkeling. Ze krijgen beperkte reacties wanneer ze huilen en honger hebben. Zo ervaren ze als baby dat hun stem er blijkbaar weinig toe doet. Dit heeft een negatieve invloed op de taalontwikkeling.
Talig communiceren met anderen is meer dan alleen je woordenschat opsommen. Het vraagt een heleboel vaardigheden. Achterstand in taal kan zich dus op verschillende gebieden situeren. Adoptive Families, een magazine uit de VS, publiceerde in 2014 een artikel over taalontwikkeling bij adoptiekinderen (aan het einde van dit artikel vind je ook een overzicht van leeftijdsgebonden mijlpalen terug). De auteur geeft hierin een overzicht van verschillende vormen van taalachterstand.
Een van de vaardigheden waar adoptiekinderen moeilijkheden mee kunnen hebben is taalproductie. Vaak gaat het om articulatie en het goed gebruiken van de tong, lippen en kaak om de juiste klanken te produceren. Stotteren, lispelen, adempauzes op het foute moment en plotse luide of hoge klanken kunnen er ook voor zorgen dat kinderen moeilijk verstaanbaar zijn.
Expressieve taal kan ook een probleem zijn. Sommige kinderen benoemen dingen fout, mixen de woordvolgorde in een zin of hebben een beperkte woordenschat. Andere kinderen kunnen moeilijkheden hebben met het begrijpen van taal. Hoewel hun gehoor goed is, verstaan ze sommige woorden of zinnen niet.
Zelfs kinderen die voldoende taalvaardig zijn in hun moedertaal kunnen problemen krijgen, stelt Sharon Glennen, professor in de communicatiewetenschappen en -stoornissen aan de Towson University in Maryland, VS. Wanneer kinderen die interlandelijk worden geadopteerd plots een nieuwe taal moeten leren, verliezen ze hun moedertaal. Hierdoor kunnen bepaalde ontwikkelings- en taalproblemen verschijnen.
Sommige kinderen zullen hulp nodig hebben bij het aanleren van nieuwe klanken, vooral wanneer hun vorige leeromgeving inadequaat was. Anderen, vooral kinderen die bij adoptie ouder waren dan 3 jaar, kunnen een vertraging ervaren in abstract denken en cognitieve vaardigheden die nodig zijn voor schools presteren, stelt ontwikkelingspsycholoog Jeanne DeTemple. Dat komt doordat ze bezig zijn met het opnieuw verwerven van taal in functie van communicatie - een vaardigheid die tot 3 jaar nodig heeft - op een moment waarop ze normaal gezien groeien in redeneren.
Gelukkig neemt milde taalachterstand als gevolg van slechte omstandigheden in het kindertehuis af. Recente studies geven een mooie vooruitgang aan in spraakvermogen en taal binnen de twee jaar na adoptie. Bij kinderen die een sterkere achterstand hebben, kan logopedie zorgen voor grote sprongen voorwaarts.
Initiële taal- en spraakachterstand zijn universeel bij kinderen die uit kindertehuizen worden geadopteerd. Nadia Eversteijn is sociolinguïst, gespecialiseerd in meertaligheid en werkt als onderzoeker aan de universiteit van Tilburg. Zij ziet verschillende oorzaken voor de taalachterstand die we bij adoptiekinderen observeren.
Om te beginnen kun je je afvragen waarom geadopteerde kinderen het zoveel moeilijker hebben dan allochtone kinderen, ook als daar thuis geen Nederlands wordt gesproken. Een allochtoon kind dat in Vlaanderen geboren wordt - waar thuis geen Nederlands gesproken wordt - groeit toch op in een meertalige omgeving. Zo'n kind hoort namelijk wél Nederlands spreken bij de buren, in de winkel en in de speeltuin. Zo komt het van jongs af aan in contact met ons Nederlandse klanksysteem.
Voor een adoptiekind is de situatie volstrekt anders. Het groeit niet op in een meertalige omgeving, maar verhuist van de ene op de andere dag naar een volledig nieuwe taalomgeving. Dat is een enorme verandering.
Voor een buitenlands geadopteerd kind verandert er plotsklaps nog veel meer dan alleen de taal. Alles in zijn omgeving verandert: de mensen, de omgangsvormen, de huizen, het landschap, het eten ... Enfin, dit spreekt voor jou als adoptieouder natuurlijk voor zich. Jij hebt van dichtbij ervaren dat je kind een enorme verandering beleefde.
Het verwerken van zo'n overgang en het wennen aan de nieuwe situatie kost een adoptiekind tijdelijk ál zijn energie. Daardoor kan zijn ontwikkeling een poosje stil gaan staan. Niet alleen de taalontwikkeling, maar de volledige cognitieve en lichamelijke ontwikkeling. Het kan bijvoorbeeld gebeuren dat kinderen in de eerste maanden na de adoptie even niet groeien in lengte of gewicht.
Kortom: kinderen moeten veel tijd krijgen om te acclimatiseren. Wat betreft de taalontwikkeling is het niet ongebruikelijk als die ongeveer een jaar stilstaat.
Naast deze enorme omslag en de energie die het kind hiervoor nodig heeft, kan er nóg een oorzaak zijn voor een vertraagde taalontwikkeling. Het kan namelijk zijn dat er in de eerste levensjaren weinig tegen het kind gesproken is, waardoor het geen kans heeft gehad om de eerste taal goed te ontwikkelen. Dit is meestal in kindertehuizen het geval. Taalexpressie (praten) is dan doorgaans meer vertraagd dan non-verbale sociale vaardigheden.
Op het moment van adoptie valt de ontwikkeling van de moedertaal stil (behalve als de adoptieouders vloeiend Pools, Spaans, Thais etc. spreken). Het kind verliest heel snel de (beperkte) taalvaardigheid die het had in de moedertaal, nog voor de nieuwe ‘moedertaal’ kan ontwikkelen. Hierdoor komt het kind tijdelijk in een soort van taalniemandsland zonder enige vaardigheden in één van de twee talen. Geen gemakkelijke periode … Dit kan deels ook gedragsmoeilijkheden verklaren.
Samengevat: als het kind geen goede basis kreeg in de eerste taal, is het veel moeilijker om een tweede taal te leren. In dat geval kun je met een zojuist geadopteerde kleuter ook niet direct aan de slag met prentenboekjes voor 4-jarigen. Het kind kan op dat moment niet vergeleken worden met leeftijdsgenoten. Er moet eerst een basis gelegd worden, door veel aan te wijzen in de omgeving en gebruik te maken van baby- en peuterboekjes.
Bepaal de beginsituatie van je kind. Kan je kind goed horen? Waar heeft hij moeite mee en wat gaat er goed? Het is belangrijk om te zien waar je kind ondersteuning in nodig heeft, maar ook om te zien waar hij al goed in is. Maak eventueel een planning op voor het samen oefenen met taal. Door dit in de eigen agenda in te plannen weet je zeker dat er de nodige tijd en aandacht aan besteed wordt.
Volgende tips kan je dan toepassen:
Nooit ontwikkelt een kind zo snel als tijdens de eerste levensjaren. Zowel de aanleg van het kind als de kansen en de aanmoediging die het krijgt vanuit zijn omgeving spelen hierbij een rol. Hoewel ieder kind zijn eigen tempo heeft, stelt Adoptive Families (2014) enkele belangrijke leeftijdsfasen die als mijlpalen gelden:
Bronnen:
Tekst: Kristina Van Remoortel
Publicatiedatum: augustus 2017